Samenleven en Sport

Indicatoren Sport

19.2.1 Utrecht heeft goede en toegankelijke sportaccommodaties

Buitensport
In onderstaande grafiek is te zien dat we de komende jaren streven naar een gemiddelde bezettingsgraad van de sportvelden voor verenigingsgebruik van 80% voor 2020 en 2021, en een stijging naar 81% vanaf 2022. We verwachten dat de inzet die wordt gepleegd op efficiënter gebruik en het vergroten van de capaciteit dan zichtbaar wordt. In deze bezettingsgraad is het gebruik door onderwijs en particulieren niet meegenomen.

De toelichting op bovenstaande grafiek staat hieronder.
De bezettingsgraad van hockey is in 2017 en 2018 zowel doordeweeks als op zaterdag en zondag zeer hoog. Bij voetbal zien we dat de bezetting op zaterdag hoog is in deze jaren, maar doordeweeks en op zondag veel lager.

De komende jaren zetten we in op een stijging van het rapportcijfer wat door gebruikers wordt gegeven wanneer we hen vragen naar de tevredenheid over de buitensportaccommodaties. Onderstaande grafiek laat zien dat we streven naar een rapportcijfer van 7.1 in 2020 en een rapportcijfer van 7.5 in 2022.

Deze grafiek laat zien dat we streven naar een rapportcijfer van 7.1 in 2020 en een rapportcijfer van 7.5 in 2022.

Binnensport
Voor de gym- en sportzalen stimuleren we een efficiënte verdeling van de beschikbare capaciteit door deze te koppelen aan een zo groot mogelijke bezetting door sportverenigingen, maatschappelijke organisaties en particulieren. Wanneer we specifiek naar de bezetting van gym- en sportzalen kijken, zien we dat de uren overdag tussen 08.30 uur en 15.00 uur goed bezet zijn. Dit zijn de uren voor het beweegonderwijs. In onderstaande staafdiagram is te zien dat de bezetting van de gym- en sportzalen in het weekend het laagst is, gevolgd door de uren tussen 15.00 uur en 18.00 uur.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

Voor deze locaties zetten we daarom in op extra verhuringen in de weekenden en daluren. De extra communicatie inzet voor de verhuring van gymzalen in de wijk Noordwest is door de inwoners positief ontvangen, we onderzoeken waar we dit ook in andere wijken in kunnen zetten.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

In 2016 is er een gemiddelde bezetting van 45% van de binnensportaccommodaties gerealiseerd. In 2017 was dit 50%, en in 2018 53%. De prognose voor de gemiddelde bezettingsgraad voor de komende jaren is weergegeven in de grafiek hieronder. Voor 2020 en 2021 streven we naar een bezetting van 50%, voor 2022 naar een bezetting van 51%.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

In 2020 wordt het reguliere klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd waarbij het streven is naar een rapportcijfer van 7.5. Zoals in onderstaande grafiek is te zien, willen we dit rapportcijfer voor de jaren 2021 en 2022 stabiel houden op 7.5.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

Zwembaden
In 2016 waren er 704.000 bezoekers aan de zwembaden, en in 2017 waren er meer dan 820.000 bezoekers. In 2018 hebben we een grote stijging gezien, het bezoekersaantal in dat jaar is uitgekomen op meer dan 908.000 bezoekers. Deze stijging valt deels te verklaren uit de goede zomer die we in 2018 hebben gehad. Zoals we al eerder aangeven zien we daarnaast een positieve ontwikkeling in het aantal bezoekers. We hebben daarom de prognoses voor de komende jaren aangepast ten opzichte van eerdere programmabegrotingen. De prognose staat weergegeven in onderstaande grafiek. Voor 2020 zetten we in op 870.000 bezoekers, voor 2021 willen we 880.000 bezoekers ontvangen en in 2022 890.000 bezoekers.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

De klanttevredenheid wordt continu gemeten. Op een zuil kunnen de bezoekers aangeven hoe zij hun bezoek hebben ervaren, en of ze nog tips hebben. Zoals ook in onderstaande grafiek is te zien, zetten we voor de komende jaren in op een stijging van het rapportcijfer voor de zwembaden. Voor 2020 streven we naar een rapportcijfer van 7.3, en voor 2021 en 2022 naar een rapportcijfer van 7.5.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

19.2.2 We stimuleren alle Utrechters om te sporten en te bewegen

De sportdeelname van volwassenen en kinderen in Utrecht staan hieronder. Voor de sportdeelname van volwassenen kijken we naar het percentage Utrechters wat aangeeft wekelijks te sporten. Deze cijfers zijn weergegeven in een staafdiagram hieronder, waarin onderscheid wordt gemaakt naar wijken. Gemiddeld sport 60% van de Utrechtse volwassenen wekelijks. Het percentage volwassenen dat aangeeft wekelijks te sporten is het laagst in Overvecht en Leidsche Rijn.

 De toelichting op deze grafiek staat hierboven.

Voor de sportdeelname van kinderen kijken we naar het percentage kinderen dat lid is van een sportvereniging. Deze percentages zijn hieronder weergegeven in een kaart. Ook hier zien we dat Overvecht er negatief uitspringt, met een percentage van 64% kinderen dat lid is van een sportvereniging. Ook zien we dat de wijken Noordwest en Zuidwest lager scoren dan Utrecht gemiddeld. De wijken Vleuten - De Meern, Oost en Noordoost scoren juist hoger dan Utrecht gemiddeld, met in deze wijken minimaal 95% van de kinderen die lid is van een sportvereniging.

De toelichting op deze grafiek staat hierboven.